CPC najaar 2022

De halve marathon van de CPC. Je plant het niet tussen de Great Escape en de London Marathon. Je kan je afvragen wat eerder was. De inschrijving voor de CPC of de inschrijvingen voor de Great Escape en de London Marathon. Technisch gezien was de CPC eerder, maar het was oorspronkelijk wel de bedoeling dat deze zo’n anderhalf jaar eerder plaats zou vinden. Dus zeg het maar. Maar hoe het ook zij, feit blijft dat we na de 84 km van vorige week en de geplande 42 km van volgende week, we deze halve ‘tussendoor’ lopen.

Ik heb afgesproken om met Linda te lopen maar de avond ervoor waarschuw ik haar vast dat het tempo vogeltjes kijken wordt. Dat vindt ze gelukkig niet erg, alhoewel het begrip vogeltjes kijken ook weer voor iedereen anders kan zijn. Nou ja, we zien het wel.

Het enige nadeel van de CPC is altijd het tijdstip. De start is pas om 14:30 dus dat betekent niet alleen een lange dag en laat thuis maar vooral ook dat je tot die tijd zo met je ziel onder je arm loopt. We gaan met de trein naar Den Haag want dat is nu eenmaal het makkelijkste maar moeten dan toch rond twaalf uur de deur uit. Alles gaat in elk geval voorspoedig en in de trein treffen we Kees en Nai. Ze zijn pacer en moeten zich op het Malieveld ergens melden dus onze wegen scheiden zich als we daar aankomen.

Wij gaan op zoek naar het Meet & Greet punt van de RMD en vinden onderweg Ronald en Linda. Het ‘You did it’ bord waar we samen moeten komen staat er niet maar de groene shirts zijn snel genoeg gevonden en komen bij elkaar. Dan is ook Marco er en zijn we klaar voor de groepsfoto. Daarna is het wachten tot we mogen starten. 

We zitten in startvak 2 en met ons sluiten zich ook Renate, Tony en Marja aan. We staan redelijk vooraan en hebben daardoor wat interactie met de speaker. Die vraagt of we er zin in hebben. Hmmm, heel eerlijk? Ik voel me best lui vandaag. Mijn gedachten dwalen voorzichtig af naar een beeld van mij twaalf jaar geleden, hangend op de bank met een zak chips. Wat was mijn leven voor het hardlopen toch een stuk makkelijker. In elk geval minder vermoeiend. Maar voor de goede orde, ik zou nooit meer terug willen. Die zak chips zit nu in mijn tas voor straks.

De eerste startwave mag weg en en wij moeten nog een kwartier wachten. Het wachten in een startvak duurt altijd lang maar uiteindelijk zijn de vijftien minuten dan toch voorbij en klinkt ook voor ons het pistoolschot. Ik moet heel even opwarmen maar we schieten in een aardig tempo weg. Frank is sowieso los en ik zie nog slechts de achterkant van zijn shirt verdwijnen. 

Na 2 kilometer vraagt Linda of we te hard gaan. Ja dat gaan we maar het duurt altijd even voor ik het juiste tempo gevonden heb en ik vind het ook niet erg om de eerste vijf kilometer wat sneller te lopen als dat lukt. De route is na al die jaren goed bekend en René Simmons staat er ook met zijn muziek. Die zien we straks aan het eind weer. Het is wel warmer dan ik had gedacht. Linda geeft aan dat Ronald op 4 en op 13 kilometer staat dus in elk geval iets om naar uit te kijken.

De eerste verzorgingspost is netjes op 5 km en zelfs met even rustig wandelen en wat eten en drinken zitten we op een gemiddelde van tien kilometer per uur. Dat valt me niet tegen na vorige week en afgelopen vrijdag. Vooruit dan maar, dan rennen we nog wel even door. Dat hou ik vol tot een kilometer of acht en dan begin ik moe te worden en vooral mijn benen te voelen. Ik moet gelijk denken aan mijn allereerste CPC. Toen had ik een soortgelijke ervaring op dit punt, maar nu maak ik me in tegenstelling tot toen op geen enkele wijze druk of en zo ja of ik binnen de tijd de finish ga halen. Dat durf ik wel te gokken.

Ik hou nog even vol tot de tien kilometer neem ik mezelf voor en daarna is het mooi geweest. We komen dan het ‘lusje door de wijk’ uit. We passeren de 10 km net onder het uur en dan stopt de motor. Ik zeg tegen Linda dat ze maar moet gaan, ik wandel en dribbel de rest wel uit. Ze wil niet en trekt me na het eten en drinken toch nog even mee. Nog 2 kilometer om exact te zijn. Dan is de koek écht op vandaag. In de tussentijd valt mijn oog op een straatbord, de Goudsbloemlaan. Verrek, dat is me nooit eerder opgevallen tijdens de CPC maar aan het einde van deze straat heb ik als kind gewoond. Hier ben ik gedeeltelijk opgegroeid. Grappig.

Na de 12 km wordt het een patroon van wandelen, dribbelen en rennen. De aanmoedigingen van publiek en medelopers zijn niet uit de de lucht. ‘Zet hem op!’ en ‘Je kan het!’. ‘Ja, ik weet dat ik het kan, maar vandaag effe niet want ik heb nog 84 km in mijn benen zitten!’, wil ik ze uitleggen maar ik weet dat dat niet gaat en het is enorm lief dus laat ik het maar over me heen komen. 

Vlak voordat ik bij de boulevard kom krijgen we een regenbui op ons hoofd. Ik weet niet of ik er blij mee ben of niet. Voor de warmte is het wel lekker maar aan de andere kant had ik daar al niet zo veel last meer van en ik zit eigenlijk niet te wachten op zeiknatte kleding in de wind op de boulevard. Gelukkig valt het mee en ben ik vooral nat van mijn eigen inspanning als ik daar aan kom. Toch staat er een fris windje.

Omhoog wandel ik en kom nog wat andere bekenden tegen. Aan het eind mogen we naar beneden en ik zie twee dames die duidelijk moeite hebben met dit punt van de loop. Ze zijn ook aan het wandelen met rode hoofden. Nu ben ik diegene die wil zeggen: ‘Kom op dames, naar beneden is gratis!’ maar het moment gaat voorbij. Zelf maak ik er wel gebruik van en laat me lekker vallen ondanks de spierpijn in mijn bovenbenen. 

Zo kabbelen de kilometers aan elkaar en komen de laatste twee/drie over de Koninginnegracht in zicht. Op de rotonde er naartoe zie ik nog een oud collega en ik maak nog even een praatje. Mijn tijd mag toch geschrapt want die slaat nergens op. Dan nog even door, dansen bij René en de laatste kilometer waarvan ik dan toch weer blij ben dat hij er is. Een laatste keer zwaaien naar Ronald die met Marco langs de kant staat en het hoekje om richting finish. Herman nog een high five geven en natuurlijk rennend de finish over om toch nog soort van binnen de 2:15 te eindigen. Frank staat net voorbij de medailles te wachten, die heeft gewoon ‘even’ onder de twee uur gelopen. Er was een tijd dat ik… Vroeger, toen ik nog geen trails liep.

Ik koel snel af dus we gaan onze tas halen om iets droogs aan te trekken. Even later komen ook Ronald en Linda nog even bij ons maar het is al laat dus we nemen afscheid om lekker naar huis te gaan. Mijn rechterbeen verklaart zodra we thuis zijn zijn onafhankelijkheid. Die moet voor volgende week zondag dus weer even geannexeerd worden. Voor de rest ben ik vooral stijf en moe, dus Frank mag voor het eten zorgen. Ik bedoel, als hij onder de twee uur kan lopen, kan hij ook Chinees halen toch? De rest van de week een beetje rustig aan doen en dan volgend weekend naar Londen.

Do you want some tea my dear?

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *