Het hoofd weegt zwaarder dan de benen

Het hoofd weegt zwaarder dan de benen

Ik heb meerdere hardloopboeken in de kast staan. Sommige zijn interessant, sommigen zijn grappig, sommigen educatief en ja, ik heb er ook één of twee waarvan ik denk: ‘Nou, dat geld had ik me kunnen besparen!’ Maar nu heb ik een boek gelezen dat ik zelf geschreven had kunnen hebben. Net zo goed dat er mensen zijn die mijn eigen boek zo ‘herkenbaar’ vinden, is ‘Het hoofd weegt zwaarder dan de benen’ heel erg herkenbaar voor mij.

<Spoiler alert> Olivier Verhaege, de schrijver, vertelt zijn verhaal over twee jaar training vanaf het besluit tot aan het uitlopen van de Spartathlon. Een ultraloop van 246 km van Athene naar Sparta. Ik wist al van het bestaan van de race doordat Tobias, een medecursist van mijn training tot hardloopinstructeur destijds, deze ook ging lopen en wij, de rest van de cursisten uit de groep, hem toen gevolgd hebben. Ik liep toen maximaal een marathon en kon me geen enkele voorstelling maken van langere afstanden dan dat. Was me er eigenlijk niet zo bewust van dat het überhaupt bestond en dus ook totaal niet mee bezig. Ik zag een filmpje van Tobias finishen bij de voet van het standbeeld van koning Leonidas. Leonidas stond voor mij gelijk aan Belgische bonbons en dat was dat, maar gaaf dat hij het gehaald had, whatever ‘het’ dan ook precies inhield.

Maar goed. Het pad des levens loopt nooit waar je het verwacht en ergens tussen toen en nu ben ik ook wat je noemt ultramarathons gaan lopen. Ik geloof nog steeds dat het een soort luiheid van mij is. Bij die verre afstanden hoef ik niet snel en dat vind ik minder vermoeiend. Bovendien mag ik onderweg alles eten en drinken wat ik wil, vooral veel koekjes en chocola, en daar ben ik altijd wel voor te porren.

Terug naar het boek. Ik heb absoluut niet de ambitie om de Spartathlon te gaan lopen, al was het maar omdat er weer iets van een voor mij onmogelijke tijdslimiet aan vast hangt. Maar de afstand is iets waar ik nog wel over na wil denken. En desalniettemin heb ik natuurlijk recentelijk mijn eerste honderd mijl gelopen. Voor de alerte lezers onder ons, ‘eerste’ betekent inderdaad dat ik voornemens ben om er in elk geval nog een te lopen. 

Niet dat ik er specifiek voor getraind heb, maar ik heb natuurlijk wel een aantal zaken gedaan, lees gelopen, met in het achterhoofd die honderd mijl. Alle gedachten en gevoelens die ik in de aanloop maar vooral ook tijdens de loop gehad heb komen terug in de reis van Olivier. In sommige gevallen zelfs letterlijk als Olivier op het moeilijkste moment van de race denkt aan opgeven en uitstappen. Dan besluit hij dat hij gekomen is om de hele Spartathlon uit te lopen en niet een gedeelte er van. Uitstappen doet hij dan ook alleen als de tijdslimiet bereikt is of als hij te geblesseerd is om verder te lopen.

Terwijl ik het lees hoor ik mezelf zeggen op kilometer 130, in mijn eentje in het bos in de nacht tijdens het koudste uur en als ik eigenlijk alleen maar wil huilen, ‘Ik ben hier gekomen om honderd mijl te lopen, niet om 80, 100 of zelfs 125 km te lopen’. En ook het motto om alleen uit te stappen als de tijdslimiet bereikt is of als het medisch niet meer verantwoord is om verder te gaan heb ik vaak genoeg hardop uitgesproken. 

Maar ook zijn twijfels vooraf of hij er wel klaar voor is, waarvan ik zelf overtuigd was dat wij dat in elk geval niet waren, maar toch ook het vertrouwen had om er aan te gaan beginnen en de vastberadenheid om het te gaan halen. Niet dat ik dat aan iemand verteld heb want ik wil nooit wat jinxen. ‘Wisselgeld’ noemt Frank dat altijd. Ik ben zo’n irritant mens dat roept, ‘ik red het niet, ik kan het niet, ik heb niet getraind, ik zie het wel’, of alle varianten die je daar maar op kan bedenken, en dan vervolgens een PR loopt, of gewoon met twee vingers in de neus en/of iedereen er uit loopt. Dat is niet om op te scheppen of te doen alsof het niks is, maar puur bijgeloof van mijn kant.

Maar vooral treffend zijn de momenten waarop je in het midden van de nacht ergens in je eentje in de regen een lange duurloop aan het doen bent en het liefst lekker in je warme bed wil liggen. Dan vraag je jezelf serieus af: ‘Waar ben ik in godsnaam mee bezig?’ Eigenlijk hoor je dat nooit van andere ultralopers. Die hebben het alleen over avonturen beleven en hoe gaaf het is om op godvergeten plekken de elementen te trotseren op tijdstippen dat iedere vezel van je wezen zegt dat er iets niet klopt. ‘Je moet gewoon genieten van je loop’ wordt er dan gezegd. Of de gevleugelde uitspraak van vriend Olav ‘Trailen is leuk!’.  Dat is het meestal ook wel, maar soms ook gewoon echt niet.

Dus misschien heeft Olivier wel alle ongeschreven regels overtreden door openlijk een kijkje achter de schermen te geven wat er bij komt kijken als je een dergelijke tocht onderneemt. Wat je er allemaal voor moet doen en vooral ook voor laten. De bloed, zweet en tranen die het kost en dat het geen momentopname is maar dat het een reis is die maanden, soms jaren kan duren. Dat het niet aan komt waaien en dat er voor elk moment dat je heerlijk aan het genieten en lopen bent, er ook een moment tegenover staat dat je je hardloopschoenen in de vuilnisbak wil gooien en uit de grond van je hart roept ‘ik kap er mee, ik doe dit nooit meer!’

Ik heb altijd gezegd dat hardlopen uit drie elementen bestaat. Fysiek, conditioneel en mentaal. Bij de langere afstanden wordt vooral het mentale component steeds belangrijker, en dat is ook waar Olivier het over heeft. Natuurlijk moet je het vol kunnen houden, en doet alles na 50 km pijn, maar het gaat er om hoe je met die ‘pijn’ omgaat. Het gevecht met de spoken in je hoofd, het weerstaan van dat stemmetje in je hoofd dat maar één doel heeft. Jou te beschermen tegen jezelf en te zorgen dat je er mee stopt. En dan is daar die andere stem die zegt dat je een bikkel bent en door moet lopen tot de finish. Tot je je doel behaald hebt en je grens weer verlegd. Ik weet eerlijk gezegd niet welke stem de engel en welke stem de duivel is. Maar als je wil weten hoe dat werkt, dan heeft Olivier dat heel goed weten te beschrijven.

De afstand van een ultraloop is geen 50 km, 100 km of zelfs 246 km. Het zijn de centimeters tussen je oren!

https://olivierverhaege.be

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *