Ronde van West ezelsteen

Ik strompel als een pinguïn de trap af. De directe collega’s die me zien weten het al, ik heb afgelopen weekend weer ‘iets’ gedaan. ‘Wat heb je nou weer gelopen?’, vragen ze. ‘45 km in de Ardennen, met 2000 hoogtemeters’, antwoord ik inmiddels zonder blikken of blozen. Ze vinden het al niet eens speciaal meer, ze kennen me langer dan vandaag. Toch blijft er een beetje bewondering in hun stem als ze zeggen: ‘Nou, ik doe het je niet na.’ Helemaal als ik vertel dat ik diezelfde avond nog een wedstrijdje ga lopen. Hoofdschuddend lopen ze terug naar hun werkplek.

Tja, dat wedstrijdje. Vorig jaar liep ik 70 km tijdens de Fantomes, en die dinsdag er na had ik me om laten praten om de 10 km van de Ronde van West met Linda te lopen. Natuurlijk kwam ze dit jaar weer vragen. Ik heb iets langer getwijfeld maar uiteindelijk toegezegd. Volgens mij onder het motto ‘verjaardagskadootje’. Bovendien heb ik dit jaar een veel kortere afstand gelopen en doen we de 5 km. Dat ik veel minder fit ben vanwege oude wijvenkwaaltjes is dan wel weer een ding. Maar goed.

De ronde van West is in mijn achtertuin, namelijk net even voorbij de Van Brienenoord richting de Algerabrug. Hoe vaak heb ik hier al niet gelopen tijdens trainingen voor de marathon, of gewoon omdat het een leuk rondje is? De achtertuin waar ik momenteel even niet woon overigens, dus in die hoedanigheid is het dan ook wel weer leuk. Logistiek wel even wat lastiger. Overdag naar de zaak, daar dan maar omkleden, ergens een pannenkoek eten in plaats van thuis en dan naar de start, lopen en iets verder rijden om te kunnen douchen en slapen. 

Linda zal aansluiten vanaf de pannenkoek. Overdag appen we nog even over de locatie en de exacte tijd, want ik wil nog even spieken bij de verbouwing. Ik klaag een beetje over mijn spierpijn en dat ik langzaam ga lopen. Linda maakt zich zorgen over haar hamstringblessure en dat de stap van 5 km, wat ze afgelopen week getest heeft, naar 10 km toch ook wel spannend is. 

Wat? Wacht even! 10 km? We hebben toch ingeschreven voor de 5 km. Nou, volgens Linda niet. Volgens mij wel. Ik check mijn inschrijving en moet even twee keer knipperen met mijn ogen en slikken. Shit, toch 10 km. What was I thinking? Iets met een ezel die zich twee keer aan dezelfde steen stoot. Als ik het met Frank bespreek oppert hij om om te zetten maar daar ben ik dan weer te eigenwijs voor. Als ik ingeschreven heb voor 10 km dan ga ik ook 10 km lopen. Althans, in elk geval starten.

Om 18:15 zit ik met Linda in het Kralingse bos bij het pannenkoekenhuis. Spek met appel wordt het, en een boel stroop. Ik heb energie nodig. We zijn vroeg want we hoeven pas om 20:30 te starten maar we zijn allebei onrustig en gaan toch maar vast die kant op. Al met al met het er naar toe rijden, parkeren en ons startnummer ophalen is het toch al 20:00 dus goed op tijd maar zeker niet te vroeg. We zien wat bekenden en de finish van de 5 km. ‘Daar had ik kunnen lopen, dan was ik nu klaar en mocht ik naar huis’, schiet er heel even door mijn hoofd.

Marilene en Marleen zijn er ook en samen gaan we in het startvak staan. Omdat we niet helemaal achteraan willen staan lopen we iets naar voren. De start is te laat en onverwachts voor de meeste mensen en langzaam zetten we ons in beweging. Het is best warm, ik voel mijn bovenbenen behoorlijk maar het gaat, en ik denk aan mijn plannen voor 2024, als ik een multistage wil lopen. Dan moet ik ook meerdere dagen achter elkaar, spierpijn of geen spierpijn, dus hup, niet zeuren en doorlopen.

De eerste kilometer hou ik vol maar halverwege de tweede moet ik toch even wandelen en adem happen. Sowieso zitten er een paar kleine heuveltjes in en heb ik besloten om die omhoog te wandelen. Linda voelt zich volgens mij een beetje schuldig maar ik ben hier vrijwillig dus dat is nergens voor nodig. Ik heb wel muziek op maar zeg dat ze gewoon kan praten, dan heb ik ook wat afleiding. 

Wonder boven wonder blijf ik in beweging, al voel ik me een beetje de tinnen man uit de Wizard of Oz, en dan voordat hij geolied is. Iets voorbij kilometer 3 komen de eerste mannen alweer terug lopen van het rondje om de Autostrada heen. Kilometer 3 alweer, goh! Om het hoekje staat een waterpost en ik neem wat water voor zowel drinken als gezicht afspoelen. Het water om te drinken mixt echter niet lekker met de half verteerde pannenkoek en ik heb er best wel last van. Of misschien heb ik gewoon last van allerlei andere dingen. 

Linda heeft het lekker naar haar zin, ik probeer vooral te overleven. Stiekem probeer ik ook te blijven rennen om niet laatste te worden. Vandaag even niet als het kan. Met Linda aan mijn zij, de muziek en het feit dat ik dit rondje zo goed ken lukt dat aardig. Heuveltje op en we staan bij het kruispunt van mijn rondje Autostrada en het 2 km punt naar huis langs de Maasboulevard. Nu gaan we echter heuvel af en daarna naar links in plaats van naar rechts.

Heuvel af is gratis en loopt lekker door. Onderaan zijn we zowaar op kilometer 5 en dat is de helft. Vanaf nu mag ik gaan aftellen in plaats van optellen. Ik kijk af en toe achterom om te kijken hoeveel mensen er nog achter ons lopen en ook al zijn het er niet veel, het zijn er genoeg. Dat geeft ruimte om nog steeds af en toe te kunnen wandelen, wat ook wel nodig is want mijn benen die in het begin vooral zeurden beginnen nu serieus te protesteren. Toch zet ik mezelf iedere keer weer in beweging, gedreven om sommige mensen voor te blijven en zelfs een enkeling die ons eerder gepasseerd is weer in te halen.

Er staat een jongen stil voor ons die zich duidelijk niet lekker voelt. Ik leef met hem mee omdat ik enigszins hetzelfde voel. Ik heb de mazzel dat ik de boel wel binnen kan houden en bij kilometer 7 gaat het zelfs wat beter. Het is inmiddels donker geworden en bijna ongemerkt komen we aan de bij de 8 km. Vorig jaar ging de turbo aan maar dat zit er dit jaar niet in. Ik ben al blij dat ik het tot zo ver gered heb en mag nu écht af gaan tellen. 

We zwaaien nog even naar de fotograaf en ik kijk naar de lopers die ons in het laatste stuk heen en weer tegemoet lopen. Lopers waar we in het begin nog vlak achter liepen maar die ons toch ver vooruit zijn gegaan. Ik hoop echt dat het nog goed komt met mij, want ergens doet het toch mentaal zeer dat ik fysiek zo out of shape ben. En nee dat krijg ik niet zo maar recht getrokken door harder, beter, meer of anders te gaan trainen, maar dat leg ik nog wel een keer uit.

Het bordje van de 9 km lijkt verkeerd om te staan en ik ga er maar vanuit dat mijn klokje de waarheid verteld. Nog een klein heuveltje en dan het ommetje door de woonwijk en dan mogen ook wij het laatste stuk terug van het heen en weertje richting de finish. Ik zie nog genoeg mensen heen lopen dus ik hoef me geen zorgen te maken over die laatste positie. Dan eindelijk het laatste heuveltje op voordat we naar beneden mogen sjezen richting finish. 

Dat naar beneden sjezen doet eigenlijk nog het meest zeer van alles want er wordt weer een beroep op mijn bovenbenen gedaan. Die vinden dat allesbehalve leuk maar gezien het feit dat het de laatste honderd meters zijn neem ik het maar voor lief. Vlak voor de finish lijkt Linda nog een sprintje te trekken en inwendig vloekend probeer ik dat bij te houden, zo goed en zo kwaad als het gaat. Maar dan zijn we klaar en krijgen onze welverdiende medaille. We blijven niet lang meer hangen, de meesten zijn toch al naar huis en morgen moet er gewoon weer gewerkt worden. Nog even een foto voor het nageslacht, een knuffel en dan hop terug naar Pijnacker.

De volgende dag heb ik nagenoeg bijna geen spierpijn, of moet ik zeggen geen spierpijn meer? Ik voel mijn benen nog wel maar kan zowaar de trap op- en aflopen. Ik app Linda en één keer raden wat haar reactie is. Ik vrees dat ik hem volgend jaar weer ga lopen.

De hele 10 km…

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *