Shopping drama’s

Shoppen. Bij het woord alleen al gaat menig vrouwenoog direct glimmen. Sommigen zijn er zelfs aan verslaafd. En het wordt als remedie tegen elke kwaal gebruikt. Neerslachtig? Ga lekker shoppen. Vakantiegeld? Shoppen! En een gezellige dag met je moeder? Shoppen it is.

Ik mis een gen. Ik vind shoppen vreselijk. Ik ben erg kieskeurig als het om kleding gaat, ik heb een zeer uitgesproken smaak en ik heb totaal geen gevoel voor combineren. Doe mij maar gewoon een spijkerbroek met een T-shirt met een of ander superhelden logo. Staat prima toch? Ben ik helemaal blij. Je doet mij dan ook geen plezier met een zaterdagmiddag over de Lijnbaan struinen. Tussen duizenden mensen heen laveren, een winkel binnen stappen en dan tig rekken doorkruisen op zoek naar een speciaal shirtje. Voor mij is alle kleding hetzelfde, dezelfde saaie kleuren, met lelijke strepen, stomme sterretjes en een afzichtelijk kraagje dat vast heel erg ongemakkelijk zit.

Natuurlijk zie ik kleding die ik ook best leuk vind. Het enige grote nadeel is dat het er op de pop altijd leuker uitziet dan dat ik het aantrek. De juiste maat bepalen is altijd een gok. Ik heb statistisch meer kans om de Staatsloterij te winnen dan dat ik direct iets uit het schap trek dat niet alleen leuk is, de juiste maat heeft en ook nog eens leuk staat. Meestal lijkt het leuker dan het is. Qua maat varieer ik tussen L en XXL, afhankelijk van het merk, model, type, kleur, dag van het jaar en stand van de maan. Meestal is een L te klein en een XL te groot. Maar goed, stel dat ik iets gevonden heb dat qua maat juist is, dan is op de één of andere manier dat truitje dan toch ergens tussen de maat S op de paspop naar maat L op mijn lijf vervormd in een heel ander model. Of liever gezegd, geen model.

Ergo, 999 van de 1.000 keer trek ik het bewuste truitje weer uit, hang het netjes terug en loop gedesillusioneerd de winkel weer uit. Als ik dat drie keer gedaan heb ben ik er klaar mee, scoor nog ergens een vietnamees loempiaatje zodat de middag niet helemaal voor niets geweest is en ga weer naar huis met de gedachte: ‘Ach, dat Superman T-Shirt kan nog best!’

Nu moet ik eerlijk bekennen dat de vorm van mijn lichaam niet altijd meehelpt. Model ‘Michelin’, ‘Muffintop’ en ‘Zwembandje’, het past allemaal. Dat dan weer wel. Die 20 kilo extra doen ook geen goed. Gelukkig zie je dat onder zo’n T-shirt niet. Die grote S in maatje XL verdoezelt alles. Dus misschien moet ik wel héél erg eerlijk zijn en toegeven dat het niet helemaal aan de kleding ligt, maar toch ook wel een beetje aan mezelf.

Daar hebben we drie maanden geleden dan ook eindelijk maar eens wat aan gedaan. Spartaans afzien, maar het resultaat mag er zijn. 9 kilo minder en zowaar beginnen de eerste contouren van iets dat men ’taille’ (wat is dat, een ’taille’?) noemt zich te ontwaren. Mijn comfortabele broeken zitten inmiddels veel meer dan comfortabel en zakken van mijn reet, tenzij ik er een riem omheen doe om de boel een beetje bij elkaar te houden. Shirts maatje ‘L-maar-stiekem-toch-iets-te-strak’ zitten ineens heel aardig en zelfs dat te kleine bloesje uit de uitverkoop waarvan ze alleen nog een maat te klein hadden kan ik ineens met goed fatsoen aan.

Hoog tijd dus om een nieuwe poging te wagen en te gaan shoppen. Het merendeel van de kleding is nog steeds lelijk en saai, het is nog steeds druk, en het is nog steeds gokken welke maat ik moet hebben. Maar er ontvouwt zich een totaal ander drama. Iets dat ik nooit heb zien aankomen en mijn verstand te boven gaat. Ik kan het dan ook nauwelijks bevatten, maar het resultaat is onmiskenbaar. Ik weet dan nu ook honderd procent zeker dat ik nooit meer ga shoppen. Er is namelijk een nieuwe reden bijgekomen die het shopstressniveau naar ongekende hoogte laat stijgen. Als ik nu ga shoppen krijg ik onmiskenbaar een enorme aanval van keuzestress.

Alles past!

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *